24% van de onderzochte groep heeft de klinische diagnose dementie gekregen. Klinische diagnose betekent dat voor de diagnose is gekeken naar de klachten die de persoon laat zien. Bij 17% is een vermoeden van dementie (twijfelachtige dementie). Bij 59% is geen dementie vastgesteld. Maureen: 'We zagen dat in de groep van (twijfelachtige) dementie de meeste mensen het syndroom van Down hebben.'
4 tips om dementie te herkennen bij mensen met een verstandelijke beperking
Gepubliceerd op: 01-07-2024
Laatst bijgewerkt op: 30-01-2025
Het is moeilijk om dementie te herkennen bij mensen met een verstandelijke beperking. Het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) onderzocht samen met partners hoe dit eenvoudiger kan. Op deze pagina deelt onderzoeker Maureen Wissing de resultaten van dit onderzoek en 4 handige tips om dementie sneller te herkennen.
Resultaten van het onderzoek
Het doel van het onderzoek was om een beter beeld te krijgen van mensen met een verstandelijke beperking en dementie. Klik op de vragen om te lezen wat er uit het onderzoek kwam.
Binnen de onderzochte groep zie je dat 94% visusproblemen heeft. Visus gaat over het zicht, de ogen. Bij 61% zijn er problemen met het gehoor en 43% heeft epilepsie.
Binnen de groep is te zien dat mensen gemiddeld 5 verschillende medicijnen langdurig gebruiken.
De volgende problemen zijn gezien:
- langzamer bewegen
- moeilijker lopen
- meer stijfheid in spieren en gewrichten
- vaker verslikken
- minder evenwicht en daardoor vaker vallen
4 tips om dementie sneller vast te stellen
Wat kun je zelf doen om dementie sneller vast te stellen? Deze 4 tips helpen je daarbij.
1. Doe regelmatig een meting
Begin met een meting die laat zien hoe het nu gaat met een cliënt. Dus voordat die persoon achteruit gaat. Maureen: 'Het is belangrijk dat een begeleider een cliënt goed kent om veranderingen te kunnen zien. Wat kenmerkt iemand? Hoe functioneert die persoon?'
'Bij een meting vult een gedragskundige samen met begeleiders en/of naasten een screeningslijst in. Zo kun je meten of er veranderingen of klachten van dementie zijn. Een verandering kan heel klein zijn, zoals vaker verslikken. Daar kan de begeleider op letten tijdens de ADL en activiteiten. Dan kun je ook hulp vragen bij veranderingen.'
2. Kijk opnieuw naar de medicatie
Een medicijn of een combinatie van medicijnen kan voor bijwerkingen zorgen. Die bijwerkingen kunnen klachten geven die lijken op dementie.
'Het is daarom belangrijk dat een multidisciplinair team het gebruik van medicatie opnieuw bekijkt en afbouwt waar dat kan', zegt Maureen. In een multidisciplinair team zitten bijvoorbeeld een begeleider, gedragskundige, fysiotherapeut en logopedist.
3. Onderzoek het bewegen met een vaste manier van testen
Problemen met bewegen (motoriek) kunnen een vroeg teken van dementie zijn. Maureen: 'Door regelmatig gestandaardiseerde motorische testen te gebruiken kun je door de tijd zien hoe het met de motoriek gaat.'
Gestandaardiseerde testen zijn testen van hetzelfde soort die je op een vaste manier gebruikt. Bijvoorbeeld een 6-minuten wandeltest. Hiermee kun je kijken hoe het gaat vergeleken met een jaar geleden. Dit is ook iets waar een begeleider op kan letten.
4. Maak duidelijke afspraken over hoe je het dossier inricht
Maureen: 'In ons onderzoek zagen we dat het in rapportages door de tijd verandert hoezeer iemand verstandelijk beperkt is. Iemand heeft bijvoorbeeld in de basis een matig verstandelijke beperking. Dat komt zo in het dossier te staan. Door achteruitgang of dementie wordt de verstandelijke beperking als ernstig beschreven in het dossier. Dat klopt alleen niet. De beperking wordt namelijk vastgesteld voor het 21e levensjaar. Dementie is een bijkomende ziekte.'
Het is belangrijk om de beperking duidelijk vast te leggen, voordat iemand verandert of achteruitgaat. Maak ook als organisatie afspraken over wat je waar rapporteert. Die afspraken zijn er nu niet altijd. Vaak is er geen centrale plek met een overzicht in het dossier. Dat is wel nodig, omdat je anders het hele dossier moet doorzoeken naar de belangrijke zaken.
Achtergrond onderzoek
Voor het dossieronderzoek zijn medische en elektronische cliëntendossiers onderzocht van mensen ouder dan 40 jaar met een verstandelijke beperking: van licht verstandelijke beperking tot een zeer ernstige verstandelijke beperking.
Wil je meer te weten komen over het onderzoek? Bekijk dan de webinarreeks (H)erken jij dementie. In deze video uit de reeks vertellen Maureen en Aly Waninge meer over hun onderzoek. Dit zie je vanaf minuut 17:05 van de video.